De helft van de Nederlanders is te zwaar. Het nieuwe kabinet wil daarom een hogere belasting op suikerhoudende dranken en de btw op groente en fruit naar nul. Dat staat in hun coalitieakkoord. Gaat deze suikertaks het verschil maken?
Suiker is op zichzelf niet slecht. Het is een energiebron voor de hersenen en het lichaam die van nature voorkomt in groente, fruit en melk. Het probleem zit ‘m in suikers die de industrie toevoegt aan producten. ‘Vooral suikerhoudende dranken zijn ongezond’, zegt Edith Feskens, hoogleraar Humane Voeding en Gezondheid. Dat komt doordat vloeistoffen snel het lichaam ingaan. Verzadigingshormonen die normaal een vol gevoel geven, werken niet zo snel. Je krijgt dus makkelijk te veel suiker binnen. ‘Uit onderzoek weten we dat suikerhoudende dranken bijdragen aan overgewicht en dat vooral kinderen en mensen uit de lagere sociaal-economische klasse veel frisdrank nuttigen’, zegt Feskens.
Tien procent?
Om de gezondheid van Nederlanders te verbeteren, maakte de Rijksoverheid in 2018 afspraken met maatschappelijke organisaties en fabrikanten. Die laatste zouden hun producten gezonder maken, bijvoorbeeld door minder suiker toe te voegen aan frisdrank. Via deze weg wilde de overheid een suikertaks voorkomen, maar dat bleek in 2021 niet succesvol genoeg.
Om die reden wil het nieuwe kabinet de taks nu toch invoeren op suikerhoudende frisdrank. Daarmee wordt Nederland het vierenveertigste land met deze taks. Hoe hoog de belasting zal zijn, is nog niet duidelijk, maar daarmee staat of valt wel het succes ervan.
Een probleem los je zelden op met een enkele maatregel
Een paar cent meer zal voor de gemiddelde consument geen verschil maken. Volgens de World Health Organisation (WHO) zou frisdrank 20 procent duurder moeten worden om effect te zien in de koop ervan. In de meeste landen met een suikertaks ligt dat percentage echter lager: rond de 10 procent.
Toch lijkt de gemiddeld 10 procent belasting op suikerhoudende dranken zijn werk te doen in andere landen. Dat concludeerde het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in 2020. Hoewel het te vroeg is om te bepalen of overgewicht afneemt door de suikertaks, kochten consumenten in het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen meer gezondere alternatieven en nam de verkoop van belaste frisdrank af. Maar dat zou een vertekend beeld kunnen zijn. Consumenten weken soms uit naar buurlanden voor goedkope frisdrank. Hetzelfde zouden we in Nederland kunnen gaan zien met aankopen in Duitsland, waar geen suikertaks is.
Bewustere eetomgeving
We moeten ons niet blindstaren op verkoopcijfers; verkoop terugdringen is niet het enige doel van de taks. Het stimuleert frisdrankfabrikanten nu nog meer om alternatieven te produceren met minder of geen suiker, waardoor er steeds meer gezonde en goedkopere frisdrank op de markt komt. Een mogelijk nadeel is wel dat fabrikanten suiker veelal vervangen door zoetstoffen. ‘Dat hoeft niet nadelig te zijn voor de gezondheid’, zegt Feskens. ‘Maar het zorgt wel voor een smaakverschil.’
Daarnaast ontstaat door de suikertaks en producthervorming een bewustere eetomgeving. Uit acceptatieonderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam bleek dat Nederlanders positief tegenover een suikertaks staan. Ze zien het nut ervan in, zolang daar compensatie op gezonde producten tegenover staat. ‘Dat is precies de reden dat de overheid fruit en groente goedkoper maakt’, zegt Feskens. ‘Het stimuleert de keuze voor gezond voedsel en stuurt mensen weg van ongezonde keuzes.’
Aanvullende maatregelen
‘Natuurlijk zijn er meerdere factoren die koopgedrag beïnvloeden, maar prijs is wel een van de sterkste drijfveren’, zegt Ellen van Kleef, universitair hoofddocent Marktkunde en Consumentengedrag. Of de overheid de suikertaks expliciet moet communiceren naar de maatschappij, durft Van Kleef niet te zeggen. ‘Aan de ene kant maakt het consumenten bewuster van gezond voedsel, maar aan de andere kant kan het ook weerstand oproepen.’
Vooral kinderen uit de lagere sociaal-economische klasse drinken veel frisdrank
Het voordeel is dat een prijsverhoging zonder verdere toelichting ook al het gewenste effect heeft. ‘Wanneer een product ineens duurder is, zoeken consumenten naar een goedkoper alternatief’, aldus Van Kleef. Met de invoering van de suikertaks is zo’n alternatief hoogst waarschijnlijk ook gezonder.
Toch moet de overheid niet alle hoop op de suikertaks vestigen, vindt Van Kleef: ‘Er is ontzettend veel marketing rondom ongezonde producten. Het is goed dat de overheid een tegenbeweging maakt, maar een probleem los je zelden op met een enkele maatregel’. Daarom ziet Van Kleef graag extra acties, zoals het stimuleren van een gezonde lunch op basisscholen en middelbare scholen. ‘Zo stel je de volgende generatie bloot aan een gezonde voedselomgeving en leren ze van jongs af aan om gezonde keuzes te maken.’
Moet er dan niet ook een belasting komen op vaste suikerhoudende producten zoals snoepgoed? Voedingsexpert Feskens vindt van niet. ‘In vaste voeding speelt de hoeveelheid calorieën een belangrijkere rol dan de suikers’, legt Feskens uit. Als daar ook een taks op komt, vervangt de industrie suiker niet alleen door zoetstof, maar ook door vet en zetmeel waardoor het aantal calorieën in het product vrijwel gelijk blijft.
De suikertaks tegen obesitas is geen gegarandeerd succes, maar kan volgens wetenschappers wel bijdragen aan een gezonder dieet. Hoe de suikertaks er in Nederland uit zal zien, wanneer hij precies wordt ingevoerd en hoe Nederlanders erop reageren, is afwachten. In ieder geval heeft de overheid een eerste stap, het plan opnemen in het coalitieakkoord, genomen.