Als je milieubewust wilt zijn kun je beter geen huisdier nemen, concludeerden Robert en Brenda Vale in hun boek Time to Eat the Dog? The real guide to sustainable living. Het Nieuw-Zeelandse wetenschappersechtpaar berekende de milieu-impact van huisdieren. Mocht je toch per se een Duitse herder willen, zo stellen ze, dan kan je die inwisselen voor je auto; die heeft een vergelijkbare voetafdruk.
Beslag op land
Ook onderzoeker Ferry Leenstra van Wageningen Livestock Research benadrukt dat we in een milieubewuste leefstijl huisdieren niet moeten vergeten. ‘Een vegetariër met een kat en een paard heeft waarschijnlijk een grotere ecologische voetafdruk dan een vleeseter zonder die dieren.’ Leenstra berekende samen met haar collega Theun Vellinga de ecologische voetafdruk van honden, katten en paarden in Nederland. ‘Die huisdieren worden in tegenstelling tot landbouwhuisdieren over het algemeen niet opgegeten. Ondertussen leggen ze wel beslag op land en op voedsel dat ook deels geschikt is voor mensen.’ Ter illustratie: met de calorieën en eiwitten die nodig zijn voor alle honden en katten in de wereld, kan je alle circa 80 miljoen inwoners van Duitsland voeden.
De milieubelasting van huisdieren zal nog verder toenemen, omdat met de toenemende welvaart ook hun aantal groeit. Volgens de laatste tellingen van TNS NIPO in 2015 zijn er in Nederland rond de 2,6 miljoen katten, 1,5 miljoen honden en 450 duizend paarden. Ter vergelijking: Nederland telde in datzelfde jaar bijna 4 miljoen runderen en ruim 12 miljoen varkens. Leenstra: ‘Als je de ecologische pootafdruk van huisdieren afzet tegen de veehouderij, dan is het aandeel weliswaar relatief klein, maar zeker niet verwaarloosbaar.’ Daarbij moeten we vooral letten op het diervoer, denkt Leenstra. ‘Wetenschappers breken zich het hoofd over de vraag hoe we in de toekomst de groeiende wereldbevolking gaan voeden. Momenteel wordt in die discussie echter nauwelijks aandacht besteed aan huisdieren.’
1,5 miljoen voetbalvelden
Leenstra berekende hoeveel land er nodig is voor de diervoederproductie. Voor katten kwam dat neer op zo’n 1000 m2 per dier per jaar, voor honden was dit het dubbele. Een gemiddeld paard kwam op 3500 m2. Ter vergelijking: in rijke landen is per mens ongeveer 12.500 m2 per jaar nodig.
Om alle honden, katten en paarden in Nederland te voeden is dus zo’n 820 duizend hectare
landbouwgrond nodig, ruim 1,5 miljoen voetbalvelden. Dit is bijna de helft van de totale 2 miljoen hectare landbouwgrond die Nederland rijk is. Leenstra: ‘We zijn bij deze berekening voor honden en katten uitgegaan van een gemiddelde voersamenstelling en geen voedselverspilling. Verder hebben we voor de berekening van de ecologische voetafdruk gekeken naar vlees en vis, producten die dus ook door mensen kunnen worden gegeten. Als we enkel waren uitgegaan van bijproducten, dan zou het grondverbruik lager uitvallen.’
Neem liever een klein dier dat jouw groenteresten eet, zoals een hamster
Het hangt er bij deze berekening namelijk wel van af in hoeverre de ingrediënten in het huisdiervoer worden gerekend tot bijproducten of producten die ook voor mensen geschikt zijn. Bijproducten zoals botten en ingewanden hebben een lagere voetafdruk dan producten als vlees, die door mensen gegeten kunnen worden en dus een hogere economische waarde hebben. De ecologische pootafdruk van honden en katten wordt dus mede bepaald door de samenstelling van hun voer.
Liefhebbers van huisdieren voeren vaak aan dat de dieren vooral slachtafval eten dat we anders toch weggooien. Deels klopt dit, zegt Leenstra. ‘Maar uit onze analyse blijkt ook dat veel ingrediënten van commercieel huisdiervoer door landbouwhuisdieren en mogelijk ook door mensen gegeten kunnen worden.’
Kippenklauwen
Twee derde van de ‘bijproducten’ in blikvoer behoort tot de zogenaamde categorie-3-producten, die in principe ook geschikt zijn voor mensen. Denk bijvoorbeeld aan pens, orgaanvlees, of kippentenen. Leenstra: ‘In Nederland zitten we daar misschien niet om te springen, maar in grote delen van de wereld worden deze producten als lekkernij beschouwd. Kippenklauwen kun je exporteren naar China, waar ze een delicatesse zijn. Maar met de prijzen die wij hier bereid zijn te betalen voor honden- en kattenvoer, kan het voor de slachterij profijtelijk zijn om aan een diervoederproducent te leveren.’ In Nederland zijn voor huisdiervoerproductie bovendien meer dierlijke bijproducten nodig dan er vrijkomen bij vleesproductie voor mensen.
Naast voedselproductie zijn er ook nog andere aspecten die bijdragen aan de ecologische voetafdruk. Zo staan paarden in weitjes en worden er maneges aangelegd op grond die geen voedsel oplevert, terwijl die daar wel geschikt voor is. ‘Paarden hebben door hun aantal en formaat een grote impact; ze hebben veel voedsel en ruimte nodig. In het verleden leverden paarden eerst trekkracht en transport en daarna voedsel, maar dat wordt minder populair.’
Poep
Gezelschapsdieren concurreren niet alleen met ons om voedsel en land, hun poep en plas draagt ook bij aan de uitstoot van broeikasgassen zoals methaan, en dus aan de ecologische voetafdruk. ‘Exacte cijfers zijn niet bekend,’ zegt Leenstra. ‘Maar waarschijnlijk is de bijdrage van gezelschapsdieren gering ten opzichte van landbouwhuisdieren.’ Paardenmest wordt gebruikt om champignons op te kweken, maar honden- of kattendrollen gaan meestal niet op de composthoop. Hun ontlasting komt direct in de omgeving terecht.
Het is een lastig dilemma voor de milieubewuste dierenliefhebbers. Het antwoord lijkt simpel: dan maar geen huisdier. Maar dat is volgens Leenstra ook weer overdreven. Wellicht kunnen we zoeken naar een middenweg, suggereert ze, zoals ook het groeiende leger flexitariërs doet. ‘Je kunt kiezen voor een timesharehuisdier. Of een klein dier dat geen vlees eet maar bijvoorbeeld jouw groenteresten, zoals een hamster of konijn.’
Wat is de ecologische voetafdruk?
Er bestaat nogal wat verwarring over de definitie van ‘ecologische voetafdruk’. Simpel gezegd is de voetafdruk het landoppervlak dat nodig is om in een bepaalde leefstijl te voorzien. Ferry Leenstra van Wageningen Livestock Research: ‘Het is een manier om weer te geven wat het effect is van de productie op de omgeving. Een belangrijk deel is de grond of zee die nodig is voor voedselproductie. Maar er wordt ook rekening gehouden met de broeikasgassen die
vrijkomen, het land dat wordt gebruikt om op te leven en effecten op lucht- en waterkwaliteit.’ Dit alles wordt uitgedrukt in een hypothetisch getal, weergegeven in een oppervlaktemaat, zoals vierkante meters of hectares.