En dat was op z’n zachtst gezegd niet eenvoudig. ‘Ik denk geregeld dat de toelatingsprocedure in Wageningen ook wel wat moeilijker mag.’
Na maandenlang toewerken naar een Erasmus-exchange kreeg ik vandaag eindelijk te horen dat ik ben toegelaten – en niet alleen door de sturende universiteit, maar ook door de ontvangende universiteit, fijn! Hier heeft WUR strenge eisen voor toelating, maar die bleken bar weinig voor te stellen nadat ik eenmaal het toelatingsproces van de Hebrew University Jerusalem had doorstaan.
Herinneringen over de toelating tot mijn WUR-bachelor zijn nog vers, ook al zou ik die weleens kwijt kunnen raken omdat het nogal vluchtig ging. Het was allemaal zo gepiept: een motivatie typen voor de opleiding, VWO-diploma laten zien en verder hoefde ik vrij weinig te bewijzen om Wageningen binnen te komen. Het enige dat reacties opriep, was dat ik laat was met het invullen van mijn bankgegevens. Eigenlijk wel fijn dat het hier zo makkelijk binnenkomen was. Elders gaan ze daar heel anders mee om.
Mijn gastuniversiteit bevindt zich natuurlijk in een land met een conflict, dus ergens verwachtte ik wel een ietwat strenge screening van toekomstige studenten. En dat bleek te kloppen. Vragen over mijn academische motivatie, relevantie van te studeren vakken en beheersingsniveau van het Engels waren natuurlijk allemaal te verwachten. Maar er volgde nog een wirwar van specifieke vragen, zoals: ‘’Wat zijn je middelbareschoolresultaten?’’, ‘’Wat voor werk doen je ouders?’’, ‘’Ben je eerder in dit land geweest?’’ De lijst werd getopt met de vraag om twee academische referenties van maar liefst 500 woorden om te laten zien dat ik een betrouwbare en hardwerkende student ben. Als klap op de vuurpijl mocht ik mij ook nog even medisch laten testen. Álles wilde de universiteit weten; van lichamelijke kwaaltjes tot psychologisch verleden. Oei, wat een details! Wat denken ze dat ik te verbergen heb?
Laat ik hier maar niet ingaan op de politiek van de screening; dat levert nogal eens heftige meningen onderaan mijn blog op. Conclusie van dit verhaaltje is dat het, in vergelijking met andere plekken in de wereld, een eitje is om toegelaten te worden tot Wageningen. Tenminste: vanuit mijn ervaring als Nederlandse bachelorstudent.
Zelf denk ik geregeld dat de toelatingsprocedure hier wel wat moeilijker mag, omdat de nare gevolgen van groei zich steeds vaker laten zien bij WUR. Ik juich inclusiviteit zeker toe, maar ben keihard tegenstander van bedrukkende maatregelen vanwege de groei; van de hoge en alsmaar groeiende werkdruk van docenten tot de recent geïntroduceerde maatregel rond Bring Your Own Device. Ach, over deze groei van WUR valt nog wel een blog vol te schrijven. Het is nu tijd om een biertje te heffen op de toelating in Jeruzalem; ik ben eventjes klaar met de bureaucratische rompslomp.